Zuurstof planten waarom
Zuurstofplanten
Zuurstofplanten: een must!
In april is er al iets meer leven, sommige planten gaan stilaan aan het groeien, voor andere is het nog enkele weken te vroeg. Het feit is dat ook algen gaan groeien en we er dus alles aan moeten doen om deze dingen te vlug af te zijn. Of we moeten genoegen nemen met een groene vijver.
Algen vinden we wel eens waar niet mooi, maar ze gedragen zich als echte planten. Een alg noemen we ook wel een lagere plant. Ze zijn voorzien van chlorofyl en leveren daardoor, net als de echte waterplanten, zuurstof. Ze kunnen zich zeer explosief vermeerderen, daarom is het zaak om geduchte concurrenten in te zetten die de gordijnstoffen uit het water halen voor de algen beginnen te groeien. We hebben hier bij ook enkele hulpmiddelen.
Voorjaar:
Zo veel mogelijk afvalstoffen van de vorige winter verwijderen, zoals afgevallen bladeren, afgestorven planten en eventueel dode vissen en andere dieren. Bij een kleine vijver kan er eventueel een kwart van het vijverwater ververst worden. Een geduchte concurrent tegen de alg kunnen we zelf creëren door een vers afgesnoeide wilgentak met het snoeiuiteinde in het water te leggen. Deze tak zal wortels gaan vormen en zeer snel de voedingsstoffen van de algen afsnoepen. En dan het belangrijkste: zorg voor voldoende waterplanten.
Aanschaf van zuurstofplanten:
Zuurstofplanten zal je pas eind april in de tuincentra's aantreffen, eerder kan ook maar dit zijn in de kas gekweekte planten. Ze zullen, als we ze dan in de vijver gooien, dood gaan omdat het water nog te koud is.
Wachten op aanpassing:
Planten die pas zijn aangeplant, zullen nog moeten wennen aan de nieuwe watersamenstelling. Eerst zullen alle bladeren verslijmen, waardoor het lijkt alsof de plant doodgaat. Maar na ongeveer een week zullen de eerste nieuwe scheuten verschijnen, die aan het vijverwater van ons zijn aangepast.
Bemesten van planten:
)Zuurstofplanten kun je herkennen doordat ze niet zelfstandig kunnen staan. Ze hebben de steun van het water nodig, en kunnen alleen drijven. Ze hebben dan ook hun wortels alleen maar nodig om zich ergens aan vast te kunnen maken. Ze nemen er dan ook geen voeding mee op, dit doen ze via hun bladeren. Het is dus overbodig om de grond waarin ze staan extra te bemesten.
Zuurstofplanten kunnen dan ook het best in grof zand of fijn grind geplant worden. Speciaal vijversubstraat (onder andere geleverd door Velda) bestaande uit gebakken kleikorrels is natuurlijk helemaal ideaal. Dit substaat is heel erg poreus, en zorgt ervoor dat de bacteriën in de boden voldoende zuurstof kunnen krijgen. Het zorgt er ook voor dat de bodem niet kan dichtslibben.
Gewone vijveraarde kan wel dichtslibben, meestal komt dit doordat men de aarde veel te hard aandrukt. Daar boven op komt dan nog eens de druk die het water op de vijveraarde uitoefent, waardoor er een hele dichte grondstructuur ontstaat. Daardoor krijgen de plantenwortels veel te weinig zuurstof en rotten weg, waardoor de plant dood gaat.
Geschikte zuurstofplanten:
* Waterpest (Elodea densa, E.canadensis)
* Hoornblad Ceratuphyllum demersum, P.submersum)
* Gekroesd fonteinkruid (Potamogeton crispus)
* Voorjaarsterkruid (Callitriche palustris)
* Waterranonkel (Rancunculus aquatilis)
* Kransvederkruid (Myriophyllum verticullatum
Hoeveelheid en diepte:
Voor alle zuurstofplanten wordt aangeraden om ze niet dieper te plaatsen dan tussen de 50 en 70 centimeter. Als men ze dieper plaatst kunnen ze te weinig licht ontvangen en dus niet meer groeien.
In een vijvermand van 40 centimeter doorsnede kunnen 10 bundeltjes van 5 planten geplaatst worden. Het beste resultaat geeft het als men één mand per vier m2 te plaatsen. Als een vijver dus zes bij zeven meter is, is het wateroppervlakte dus 42 m2. Dan moeten er dus elf manden geplaatst worden. Altijd het aantal manden naar boven afronden. Dat mag wel erg veel lijken, maar het zorgt er wel voor dat de vijver er mooi en helder uit ziet.
Zouden we het niet doen, dan blijven er voedingsstoffen over voor de algen. En dan resulteert het dus een groene soep.